Persoonlijke mappen en bestanden verplaatsen

Bij de eerste keer opstarten van een gebruikersaccount wordt om een e-mailadres (of telefoonnummer) gevraagd om het gebruikersaccount direct aan een Microsoft-account te koppelen. Vervolgens wordt gevraagd of er een online back-up moet worden gemaakt van de persoonlijke bestanden in de mappen Documenten, Afbeeldingen en Bureaublad. Een waarschuwing is op zijn plaats, want als je hier klakkeloos mee akkoord gaat dan worden die mappen direct naar de map OneDrive verplaatst! En worden deze persoonlijke bestanden langere tijd niet gebruikt, dan worden ze na verloop van tijd lokaal verwijderd zodat ze alleen nog ‘op aanvraag’ beschikbaar zijn. Van een back-up is dan dus geen sprake! Is dat niet gewenst, schakel de optie Bestanden op aanvraag dan uit en verplaats de persoonlijke mappen naar een locatie buiten de map OneDrive, bij voorkeur op een aparte datapartitie

Gaat het om een lokaal gebruikersaccount (welke niet is gekoppeld aan een Microsoft-account) dan worden de mappen met persoonlijke bestanden (documenten, afbeeldingen, muziek, video’s, e-mailarchief, contactpersonen, e.d.) standaard opgeslagen in de map C:\Gebruikers\inlognaam. Dit is dus midden tussen de systeembestanden van het besturingssysteem, het mag duidelijk zijn dat ook dit niet de meest praktische opslaglocatie is. De persoonlijke bestanden kunnen beter op een andere locatie worden opgeslagen, bij voorkeur op een aparte datapartitie. Het maken van een geautomatiseerde back-up van de persoonlijke gegevens wordt zo stukken eenvoudiger en omdat de datapartitie buiten schot blijft bij het herinstalleren van Windows, staan de persoonlijke gegevens hier relatief veilig. Erg prettig wanneer Windows niet meer wil opstarten!

TIP: Verplaats de mappen met persoonlijke bestanden zo snel mogelijk na het (her-)installeren van Windows, het liefst nog voordat extra software wordt geïnstalleerd.


ALGEMENE TIPS

  • Verplaats de mappen met persoonlijke bestanden zo snel mogelijk na het (her)installeren van Windows, liefst nog voordat extra software wordt geïnstalleerd.
  • Sommige van de hier besproken systeembestanden zijn niet zichtbaar omdat ze volgens de standaard instellingen van de Windows Verkenner verborgen worden. De bestanden kunnen zichtbaar worden gemaakt via de knop Weergeven, optie Weergeven, vink de optie Verborgen items aan (bij Windows 10 via tabblad Beeld (op het lint), activeer de optie Verborgen items).
  • Het is alleen mogelijk de persoonlijke mappen te verplaatsen van het gebruikersaccount waarop is aangemeld. De procedures moeten dus per account afzonderlijk worden uitgevoerd!

Een datapartitie aanmaken

Voorafgaande aan het verplaatsen van de persoonlijke bestanden moet eerst de doellocatie in orde worden gemaakt. Vaak maakt Windows gebruik van maar één partitie, en moet er dus eerst een extra partitie worden aangemaakt. Moet Windows opnieuw geïnstalleerd worden dan kan dit voorafgaande aan de herinstallatie (met behulp van partitioneringssoftware) óf, nog makkelijker, tijdens de setup van Windows. Is het niet gewenst om Windows opnieuw te installeren, verklein dan de Windows-partitie mét behoud van gegevens, maak vervolgens een nieuwe partitie aan en voorzie deze van een schijfletter (dit boek gaat uit van de schijfletter D:). Tot slot kan voor elk gebruikersaccount een eigen persoonlijke map worden aangemaakt, voorzien van een duidelijke naam (bijvoorbeeld D:\Menno). Zijn de persoonlijke mappen Documenten, Afbeeldingen e.d. in OneDrive opgeslagen dan zijn deze wel eenvoudig (door middel van knippen en plakken) te verplaatsen.

TIP: Omdat op voorhand niet bekend is hoeveel schijfruimte een gebruikersaccount in de toekomst nodig heeft, is het niet zinvol om voor elk gebruikersaccount een aparte datapartitie aan te maken, zeker als de schijfruimte beperkt is. De voorkeur gaat daarom uit naar één grote datapartitiemet daarop voor elk account een persoonlijke map.

Persoonlijke mappen en bestanden verplaatsen

In Windows is vastgelegd welke locatie standaard moet worden gebruikt voor het opslaan van persoonlijke gegevens. In de meeste gevallen worden de persoonlijke gegevens opgeslagen in de persoonlijke map C:\Gebruikers\inlognaam, bijvoorbeeld de submappen Afbeeldingen, Bureaublad, Documenten, Downloads, Muziek, OneDrive en Video’s (de map Zoekopdrachten is van minder belang).

Er zijn twee manieren om deze mappen (inclusief de daarin opgeslagen bestanden) naar een datapartitie te verplaatsen: volgens de officiële methode (via de Eigenschappen van de betreffende map, tabblad Locatie), of eenvoudigweg door te knippen (Ctrl-X) en plakken (Ctrl-V) vanuit de Windows Verkenner. De knippen-plakkenmethode verdient de voorkeur omdat deze eenvoudig is en minder problemen geeft. Bij sommige door fabrikanten bewerkte Windows-installaties ontbreekt het tabblad Locatie, in dat geval is er geen keus.

De map OneDrive is een vreemde eend in de bijt: deze map kan pas worden verplaatst nadat de synchronisatie is gestopt. Hiervoor moet OneDrive worden losgekoppeld van het Microsoft-account (via een rechter muisklik op het OneDrive-icoontje in het systeemvak, optie Instellingen, onderdeel Account, link Deze pc ontkoppelen). Na het verplaatsen van de map kan de koppeling weer worden hersteld (link Account toevoegen) zodat de synchronisatie weer hervat kan worden. Dit geldt overigens alleen voor de map OneDrive zelf, eventueel in OneDrive aanwezige persoonlijke mappen  (zoals Documenten, Afbeeldingen en Bureaublad) kunnen wél op de gebruikelijke wijze worden verplaatst zonder eerst OneDrive los te koppelen.

Persoonlijke bestanden verplaatsen naar een andere partitie   

Windows 10 vs Windows 11

De officiële verplaatsingsmethode

Om duidelijk te maken hoe de officiële verplaatsingsmethode in zijn werk gaat, wordt als voorbeeld de map Documenten besproken (het verplaatsen van de eerdergenoemde submappen in de map C:\Gebruikers\inlognaam verloopt op vergelijkbare wijze). Voordat de bestanden in de map Documenten overgezet kunnen worden, moet eerst vanuit de Windows Verkenner een submap worden aangemaakt in de gebruikersmap op de datapartitie (bijvoorbeeld D:\Menno\Documenten). Klik vervolgens met de rechtermuisknop op de originele map (C:\Gebruikers\inlognaam\Documenten), kies Eigenschappen, tabblad Locatie, knop Verplaatsen, navigeer naar de zojuist aangemaakte map D:\inlognaam\Documenten en klik op de knop Map selecteren. Klik tot slot op de knop Toepassen gevolgd door de knop Ja om de complete map Documenten (inclusief bestanden) automatisch naar de nieuwe locatie te verplaatsen.

Locatie Documenten wijzigen

LET OP: Selecteer bij deze methode altijd een map, en nooit een partitie! Is per ongeluk toch een partitie geselecteerd (in plaats van een map) dan is dat te herstellen via de knop Standaardinstellingen herstellen (de map wordt dan teruggezet naar C:\Gebruikers\inlognaam).

De verplaatsingsmethode d.m.v. knippen en plakken

De officiële methode is tijdrovend en gaat gepaard met enkele risico’s. Gelukkig is er een eenvoudig alternatief, de persoonlijke mappen zijn namelijk ook eenvoudig te verplaatsen door ze vanuit de Windows Verkenner te knippen (Ctrl-X) en op de gewenste locatie te plakken (Ctrl-V). Hierbij kunnen de mappen (die normaal via het tabblad Locatie zijn te verplaatsen) nu in één handeling worden verplaatst. Dat is wel zo praktisch en minder foutgevoelig.

SUBMAPPEN VAN EEN PICTOGRAM VOORZIEN

Nieuwe submappen kunnen desgewenst van een herkenbaar pictogram worden voorzien. Klik met rechts op de map, kies Eigenschappen, tabblad Aanpassen, knop Ander pictogram en selecteer het gewenste pictogram. Bijna elk uitvoerbaar bestand bevat pictogrammen. Blader eventueel naar het bestand van het bijbehorende programma in de map C:\Program Files (x86) of C:\Program Files wanneer je geen geschikt pictogram kan vinden (in bovenstaande afbeeldingen is dat voor de submap Outlook-bestanden gedaan).


PROBLEMEN BIJ HET OPSLAAN VAN GEGEVENS

Nadat persoonlijke mappen van het ene naar het andere gebruikersaccount zijn verplaatst (of bestanden van de ene naar de andere computer zijn overgezet) kan het voorkomen dat het gebruikersaccount geen beheerrechten voor de overgenomen mappen heeft. Hierdoor ontstaan problemen bij het opslaan van gegevens, zoals het niet bewaren van wijzigingen of het tonen van een foutmelding (bijvoorbeeld wanneer een website aan de favorieten wordt toegevoegd of wanneer een afspraak in de agenda wordt geplaatst). Dit probleem wordt verholpen door het gebruikersaccount volledige beheerrechten te geven: klik met rechts op de betreffende map (bijvoorbeeld D:\inlognaam\Feeds) en kies achtereenvolgens voor de optie Eigenschappen, tabblad Beveiliging, knop Bewerken, knop Toevoegen. Voer hier de naam van het gebruikersaccount in (bijvoorbeeld Menno) en klik op de knop Namen controleren. Is de ingevoerde naam als geregistreerd gebruikersaccount herkend, klik dan op de knop OK om de machtigingen voor dit account in te stellen. Tot slot moet voor deze gebruiker bij Toestaan nog de optie Volledig beheer worden geactiveerd, gevolgd door de knop Toepassen. De beheerrechten kunnen overigens ook eenvoudig worden verkregen met een take ownership.


MAP OPENBAAR VERPLAATSEN (ALLEEN LOKAAL ACCOUNT)

Een map Openbaar (C:\Gebruikers\Openbaar) deelt bestanden tussen lokale gebruikersaccounts (is het gebruikersaccount gekoppeld aan een Microsoft-account dan neemt OneDrive deze functie over). Houd er rekening mee dat het verplaatsen van de map Openbaar voor problemen kan zorgen! Het advies is daarom deze map alleen te verplaatsen als dat echt nodig is. Wil je de openbare map (inclusief onderliggende submappen) toch verplaatsen, dan gaat dat als volgt: maak vanuit de Windows Verkenner een nieuwe map aan op de nieuwe locatie (bijvoorbeeld D:\Openbaar) en verplaats de submappen (middels knippen en plakken) hiernaartoe. Tot slot moet nog een registeraanpassing worden gemaakt om de verwijzing naar de map Openbaar te wijzigen naar de zojuist aangemaakte map: open de registereditor en wijzig in de registersleutel HKLM\SOFTWARE\Microsoft\Windows NT\CurrentVersion\ProfileList de registerwaarde Public zodat deze naar de nieuwe opslaglocatie verwijst:


Persoonlijke mappen en bestanden van programma’s verplaatsen

Veel programma’s maken een eigen map aan voor het opslaan van programmagerelateerde persoonlijke gegevens. Gebeurt dat als submap in de map Documenten dan kunnen de bestanden op de gangbare wijze worden verplaatst. Sommige programma’s slaan de persoonlijke gegevens echter elders op (bijvoorbeeld in een submap van C:\Gebruikers\inlognaam), deze mappen moeten vaak op een alternatieve manier worden verplaatst. Soms biedt het betreffende programma een optie voor het verplaatsen van de map, soms moeten ze worden verplaatst met behulp van een symbolische link.

Met een symbolische link de standaard opslaglocatie wijzigen

Het wijzigen van de standaard opslaglocatie van een programma kan doorgaans vanuit het programma zelf of met een zoekactie in het register. Is de ingestelde opslaglocatie niet te wijzigen, open dan de Terminal (Beheerder) / PowerShell (Admin) en maak met het commando MKLINK een symbolische link aan zodat vanaf de oude locatie wordt verwezen naar de nieuwe locatie. Voor een bestand is het commando CMD /c MKLINK <originele bestandslocatie>” “<nieuwe bestandslocatie> en voor een map CMD /c MKLINK /d <originele map>” “<nieuwe map>. Zie elders op deze website voor een voorbeeld van een zelf aan te maken symbolische link voor het 'verplaatsen' van een map.

De standaard opslaglocatie van Outlook wijzigen

De database van Microsoft Outlook bevat e-mail, agenda-items, contacten en notities. Deze gegevens worden opgeslagen in één of meerdere .PST-bestanden. Bij nieuw aan Outlook toegevoegde e-mailaccounts wordt het e-mailadres in de naam van het PST-bestand verwerkt, bijvoorbeeld info@schoonepc.nl.PST. De .PST-bestanden worden standaard opgeslagen in de map C:\Gebruikers\inlognaam\ Documenten\Outlook-bestanden (is het automatisch archiveren actief dan bevat deze map tevens het bestand ARCHIVE.PST). Alle PST-bestanden in deze map moeten afzonderlijk naar de persoonlijke map op de datapartitie (bijvoorbeeld D:\inlognaam\Outlook) worden verplaatst. Dat kan het eenvoudigst vanuit de Windows Verkenner met knippen (Ctrl-X) en plakken (Ctrl-V) nadat Outlook is afgesloten (herstart Windows bij voorkeur eerst even om er zeker van te zijn dat Outlook ook niet meer als achtergrondproces actief is). Nu het bestand van de oorspronkelijke locatie is verwijderd, zal Outlook bij het opstarten een foutmelding tonen. Navigeer direct naar het PST-bestand op de nieuwe locatie (accepteer daarbij de foutmeldingen) en herstart Outlook. Herhaal deze procedure totdat alle PST-bestanden zijn verplaatst. Blijft Outlook na het verplaatsen van de PST-bestanden nog steeds foutmeldingen vertonen, ga dan naar tabblad Bestand, knop Accountinstellingen, optie Accountinstellingen, tabblad E-mail en verwijs bij elk e-mailadres dat met POP wordt beheerd, naar de juiste Postvak IN (knop Map wijzigen).

FOUTMELDING 0x8004010F OUTLOOK GEGEVENSBESTAND

Wordt na het verplaatsen van de Outlook-database de foutmelding 0x8004010F getoond (met de mededeling Het Outlook-gegevensbestand kan niet worden geopend) dan is de koppeling met het verplaatste PST-bestand niet goed verlopen. Via het configuratiescherm, onderdeel Mail (Microsoft Outlook), knop E-mailaccounts, tabblad Gegevensbestanden is te achterhalen aan welk PST-bestand een e-mailaccount is gekoppeld, mogelijk wordt er geen PST-bestand vermeld. Via tabblad E-mail is voor het betreffende e-mailaccount met de knop Map wijzigen het correcte archiefbestand te selecteren. Wordt het probleem hiermee niet opgelost, maak dan het e-mailaccount opnieuw aan (knop Nieuw, optie Handmatige instelling of extra servertypen, optie POP of IMAP, vul de accountgegevens in, activeer de optie Bestaand Outlook-gegevensbestand) en blader naar het juiste PST-bestand om deze aan het zojuist aangemaakte e-mailaccount te koppelen. Nadat dit gebruikersaccount als standaard is ingesteld, kan het probleemveroorzakende account worden verwijderd.


eM Client

De database van eM Client wordt standaard opgeslagen in de map C:\Gebruikers\inlognaam\ AppData\Roaming\eM Client. Om de opslaglocatie te wijzigen, moet eerst de nieuwe locatie worden ingesteld (via Menu, Gereedschappen, Instellingen, onderdeel Opslag, bijvoorbeeld D:\inlognaam\eM Client). Sluit vervolgens eM Client af om het oorspronkelijke archief (de bestanden in de map C:\Gebruikers\inlognaam\AppData\Roaming\eM Client) met knippen (Ctrl-X) en plakken (Ctrl-V) te verplaatsen naar de nieuwe locatie.

Aanvullingen MS Office woordenboek

De opslaglocatie van het woordenboekbestand van Microsoft Office (met daarin de persoonlijk aangebrachte spellingscorrecties) kan worden gewijzigd door het bestand CUSTOM.DIC (C:\Gebruikers\inlognaam\ AppData\Roaming\Microsoft\Proof of UProof) te verplaatsen naar een apart daarvoor aangemaakte map op de datapartitie (bijvoorbeeld D:\inlognaam\Woordenboek). Vervolgens moet Office hiervan op de hoogte worden gebracht: start Word, kies Extra, Opties, tabblad Spelling en grammatica (Word 2003), de Office-knop, knop Opties voor Word, taak Controle (Word 2007) of knop Bestand, Opties, taak Controle (Word 2010/2013). Vervolg met de knop Aangepaste woordenlijsten, knop Toevoegen.

Gegevens afschermen voor andere gebruikers

Moeten de persoonlijke bestanden worden afgeschermd voor andere gebruikersaccounts zodat alleen het ingelogde account lees- en schrijfrechten heeft? Wijzig dan de machtigingen voor de map D:\inlognaam zodat alleen het aangemelde gebruikersaccount lees- en schrijfrechten heeft: klik met rechts op de map, optie Eigenschappen, tabblad Beveiliging, knop Geavanceerd, knop Overname uitschakelen. Het volgende venster wordt nu getoond:

Overneembare machtigingen van het bovenliggende object opnemen

Klik op de optie Verwijderen alle overgenomen machtigingen van dit object zodat de reeds ingestelde machtigingen worden verwijderd. Voeg vervolgens het betreffende account toe met de knop Toevoegen: voer via de link Een principal selecteren de naam van het account in (bijvoorbeeld Menno) en klik op de knop Namen controleren. Zodra de ingevoerde naam als geregistreerd gebruikersaccount is herkend, kunnen de machtigingen voor dit account worden ingesteld: klik op de knop OK, activeer de status van de machtiging Volledig beheer (waardoor alle andere typen machtigingen ook worden geactiveerd) en bevestig de wijziging met tweemaal OK.

Machtigingen van een map wijzigen

TIP: Soms is het handig om het administratoraccount van de beheerder ook toegang tot de persoonlijke map te geven, bijvoorbeeld voor het maken van geautomatiseerde back-ups van de persoonlijke bestanden!

LET OP: Administratoraccounts kunnen zich voor elk account lees- en schrijfrechten toe-eigenen, ook als daar volgens de ingestelde machtigingen geen rechten toe zijn (zie de informatie over take ownership) Is dat niet wenselijk, zorg er dan voor dat alleen de beheerder over een administratoraccount beschikt door het accounttype van de overige administratoraccounts in een standaard account te wijzigen (via Instellingen, onderdeel Accounts, sub Andere gebruikers, selecteer het account, knop Accounttype wijzigen)!

© 2001-2024 - - SchoonePC - Rotterdam - Privacyverklaring